‘Duiken onduidelijk georganiseerd’

Koedijks ongeval staat niet op zich.
Koedijks ongeval staat niet op zich.
Foto: commons.wikimedia.org

Brandweerduiken in Noord-Holland Noord is op onderdelen onduidelijk georganiseerd. Procedures en voorschriften zijn onvoldoende duidelijk en de oefeningen vertonen manco’s.

Dat zijn de conclusies van het onderzoek dat de inspectie veiligheid en justitie (IVJ) deed naar de inzet van een duikploeg in het Noordhollands Kanaal bij Koedijk. Op 4 augustus 2014 kwam daarbij een brandweerduiker om tijdens zijn werk.

Het was niet het eerste ongeval waarbij een brandweerduiker om het leven kwam. Eerder was dit aan de orde in Terneuzen (2008), Urk (2007) en Utrecht (2001). De problemen die de inspectie nu signaleert zijn toentertijd ook naar voren gekomen. De Inspectie concludeert daarom dat naar aanleiding van de eerdere incidenten onvoldoende lessen zijn getrokken.

Daarom doet de inspectie een oproep aan alle veiligheidsregio’s om de brandweerduiktaak nog eens kritisch onder de loep te nemen en te verbeteren indien nodig. Het veiligheidsbewustzijn verdient hierbij constante aandacht. Dat is in het belang van een verantwoorde en veilige uitvoering. ‘Maak een functionaris verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van het brandweerduiken’, aldus IVJ. ‘Zorg voor een eenduidige en veilige werkwijze van de duikploegen en voor goede en gedisciplineerde oefeningen’.

Cookieinstellingen