ALKMAAR - Wie de afgelopen weken goed heeft opgelet in de Boekelermeer, heeft het misschien al gezien: het pand waar voorheen Stella fietsen zat, heeft een nieuwe bestemming gekregen. Brouwerij Moersleutel, gevestigd pal ernaast (achter Stiho), is er stilletjes ingetrokken. Niet om er te brouwen, maar om er iets anders bijzonders te doen.
In dit nieuwe pand liggen inmiddels honderden houten vaten te rusten, afkomstig uit alle hoeken van de wereld. Daarin rijpen speciaal gebrouwen bieren maanden – soms jaren – langzaam verder. Het resultaat? De karakteristieke, krachtige vatgerijpte bieren waarvoor Moersleutel inmiddels bekendstaat. Denk aan donkere stouts met tonen van bourbon, whisky of wijn. Niet voor de dorst, wel voor de liefhebber.
“Houtgerijpte bieren maken kost tijd – en ruimte,” vertelt het team van Moersleutel. “Dit extra pand is geen opslag, maar een plek waar onze mooiste bieren langzaam rijpen tot iets bijzonders.”
Maar wie het liever wat frisser houdt, zit hier ook goed: Moersleutel brouwt net zo graag smaakvolle IPA’s, blond of witbier – voor wie zin heeft in iets lichts, zonder in te leveren op karakter.
Moersleutel begon in 2016 als een klein familiebedrijf van vier broers en hun ouders, maar groeide in korte tijd uit tot een flinke onderneming en internationaal gewaardeerd merk. Hun bieren werden meerdere keren bekroond tot het beste van Nederland, en zijn vandaag de dag te vinden in supermarkten, bars en bierwinkels over de hele wereld – van Alkmaar tot Zuid-Korea.
Feest in de binnenstad - proef de toekomst op 26 juni
Toch blijft Alkmaar het kloppend hart van Moersleutel. En dat vieren ze graag met de stad. Op donderdag 26 juni, vanaf 16:00 uur, vieren ze hun 9e verjaardag in de binnenstad. Op twee locaties – Proeflokaal de Boom en het Alkmaars Bierhuis – worden negen speciaal voor deze verjaardag gebrouwen bieren getapt.
Een mooie gelegenheid om als Alkmaarder eens te proeven wat Moersleutel in huis heeft: van frisse IPA’s tot robuuste vatgerijpte stouts. En om kennis te maken met een brouwerij waar de stad stiekem best een beetje trots op mag zijn. Proost!”