Politie extra alert op Joods gebedshuis

De synagoge aan de Hofstraat, nog in oude staat.
De synagoge aan de Hofstraat, nog in oude staat.
Foto: commons.wikimedia.org

De synagoge in Alkmaar wordt, althans op het oog, niet extra beveiligd sinds de bloedige aanslag in Parijs. De politie zegt wel extra alert te zijn, en vraagt iedereen die iets vreemds ziet, dat te melden. “Tot nu toe is er niets gebeurd in of rond de synagoge”, aldus een politiewoordvoerster.

Ze is terughoudend met de verstrekking van informatie en verwijst naar de nationaal coördinator terrorismebestrijding en veiligheid. Ook de Nctv volgt de situatie naar aanleiding van Charlie Hebdo, maar ook de Joodse supermarkt, nauwlettend: “Het dreigingsbeeld in Nederland is substantieel, wat betekent dat de kans op een aanslag reëel wordt geacht. Benadrukt moet echter worden dat er momenteel geen concrete aanwijzingen zijn voor een aanslag in ons land.”

De Joodse gemeenten nemen liever het zekere voor het onzekere, zo meldt de Telegraaf. Volgens die krant heeft hun belangenorganisatie, het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap, aan de burgemeesters gevraagd de beveiliging en bewaking van synagoges op te schroeven. Zo mogelijk zou het leger daarvoor moeten worden ingezet. Alkmaar.nieuws.nl vroeg het NIK om nadere toelichting, specifiek gericht op de Alkmaarse sjoel, maar ontving tot nu toe geen reactie.

Profetie

‘De Heerlijkheid van dit huis zal groter worden dan het vorige’. Deze woorden van de profeet Haggai sieren sinds mei 2011 de bovenlijst van de synagoge aan de Hofstraat, in de Alkmaarse binnenstad. Een profetie die past als een jas. Want na 70 jaar kreeg de Joodse gemeenschap in Noord-Holland Noord weer een sjoel, een huis van samenkomst (letterlijk vertaald).

Het boek Haggai, genoemd naar de profeet die rond 520 voor Christus leefde, is de tiende van de Kleine Profeten in de Hebreeuwse bijbel. Centrale thema van Haggai is Gods oproep de tempel in Jeruzalem te herbouwen, nadat die is verwoest in 586 voor Christus door de verovering van de heilige stad door de Babyloniërs. Indachtig die goddelijke oproep streefde de Stichting Alkmaarse Synagoge vanaf haar oprichting in 1997 ernaar de synagoge zijn Joodse bestemming terug te geven. Wat geen sinecure was, want de baptistengemeente was sinds 1952 de rechtmatige eigenaar van het destijds al tien jaar leegstaande binnenstadspand.

Twaalf jaar praten en onderhandelen met de baptisten, in de laatste periode met tussenkomst van woningbouwvereniging Van Alckmaer, bracht de stichting tenslotte tot haar doel. Eind 2009 kochten de baptisten het oude onderkomen van de woningbouwcorporatie, die op haar beurt de synagoge en het naastgelegen rabbijnenhuisje kocht.

Van Alckmaer hield zelf de voormalige cheider (Joodse leerschool) en het huisje (waar tot de deportaties in de Tweede Wereldoorlog de laatste rabbi De Wolff, zijn vrouw en hun vijf kinderen woonden). Die zijn verbouwd tot twee appartementen.

Foto

De stichting kocht de sjoel over. Vanaf januari 2011 is dagelijks hard gewerkt om de synagoge in de staat van vóór 1942 terug te brengen. Dat moest gebeuren op basis van welgeteld een foto van het interieur. Verder is niets bewaard gebleven, door de oorlog en de plunderingen als gevolg daar weer van. In december 2011 had de officiële opening plaats.

De synagoge in Alkmaar is ook een multifunctioneel centrum voor de Joodse gemeenschap in Noord-Holland boven het Noordzeekanaal. Naast diensten betekent dat onder meer lezingen, films, bibliotheek en Joodse festiviteiten als Jom Kippoer en Chanoeka. De mikwe (ritueel bad) is te bezichtigen. Niet in de laatste plaats is de sjoel het eerste herdenkingsteken voor de Joodse Alkmaarders die de Holocaust niet hebben overleefd. In de hal hangt een plaat met hun namen.

De geschiedenis van de joodse gemeenschap in Alkmaar vangt aan in het begin van de zeventiende eeuw. Een aantal Portugese joden uit Amsterdam koopt dan een kleine begraafplaats in het nabij Alkmaar gelegen Groet. Twee jaar later zet Alkmaar, als eerste stad der Nederlanden haar poorten voor joden open en besloot de Vroedschap van Alkmaar als eerste vroedschap in de Republiek der Verenigde Nederlanden vrije vestiging toe te staan aan joden.

Hen werd bescherming, veiligheid en godsdienstvrijheid in het vooruitzicht gesteld. In 1744 verkrijgen de Alkmaarse joden het recht in het openbaar hun godsdienstoefeningen te houden.

 

Cookieinstellingen